Samen met mijn dochter reed ik zondagmorgen om half 10 Westerbork binnen. Het was daar uitgestorven, niemand op straat, geen enkele andere auto met een fiets achterop. De paniek sloeg bijna toe: hij was toch wel vandaag en niet gisteren. Ik had de hele vorige dag al het gevoel dat ik iets vergat, het zou toch niet waar zijn dat ik me in de dag had vergist??
Maar nee, een verkeersleider wees ons naar een parkeerplaats waar al anderen bezig waren hun fiets van de auto af te halen. Gelukkig, de loop-fiets-proef-marathon was wel vandaag. Door andere loopfietsers te volgen vonden we ook nog het café waar we ons nummer konden ophalen. Nog even een kop thee een stuk krentenwegge, toen naar het startvak en daar gingen we.
We hadden afgesproken dat ik in elk geval drie stukken van 10 km zou lopen en mijn dochter zou dan tussendoor drie keer drie kilometer hardlopen. De overige kms zouden we dan wel zien. Dus ik begon rustig aan mijn eerste stuk van 10 km. Niet te snel, ik denk ongeveer 11 km per uur. Na ongeveer 20 minuten moesten we door een boerderij fietsen en lopen en daar was de eerste snackpost: lekkere gefrituurde kaas (brie). Smaakte goed.
Verder over veel onverhard pad, over gras- en zandpaadjes, langs een kudde schapen, over de hei en door het bos. Voor een loper goed te doen, voor mijn dochter op de fiets iets lastiger. Ongeveer elke drie km was er weer wat te eten en/of te drinken: knieperties, kaas, eend, fruit, een glaasje wijn, eiersalade, yoghurt en een pannenkoekje. En bij elke kraam stonden enthousiaste mensen. Heel erg leuk!
Na mijn 10 km ging mijn dochter lopen en ik fietsen. Mijn dochter liep erg makkelijk. Ineens wilde ze wel de 10 km vol maken. Zo'n kans moet je natuurlijk aangrijpen, dus toe maar, meid. Ze was trots dat ze dit gedaan had, het was voor haar een pr, qua afstand! Super toch!
Toen ging ik weer lopen. Mijn dochter wilde graag eindigen, ze wilde wel de laatste 7 km lopen. Ineens was dit voor haar een enorme uitdaging. Doen dus. Dat betekende dat ik nu 15 km ging lopen en in totaal dus 25 km zou lopen. Dat was minder dan waarop ik gerekend had. Daarom besloot ik om dan deze 15 maar wat sneller te lopen, op marathontempo dus. Dat lukte goed.
Op het eind ging mijn dochter weer lopen. Ze kreeg het zwaar. Waar was het bord van 40 km gebleven? Dat was er niet. "Nog een klein stukje door het bos", riep iemand. Hoe klein is klein? En na het bos, nog een stuk door het dorp Westerbork. Waar was nou het eindpunt. Opeens was het nog maar 200 meter. Mijn dochter kon nog versnellen. Ik fietste erachteraan. Samen over de finishtrap. Dochter helemaal blij en moe: ze had dus 17 km gelopen, dit had ze niet van te voren gedacht. Goed gedaan hoor! Een prestatie om trots op te zijn!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten